Barbara Hoekstra

View Original

Waarom is een PP even duur als een stal op een manege?

Inleiding

Eindelijk heb jij de beslissing genomen om een paddock paradise voor je paarden aan te leggen! Jij kiest resoluut voor een paardvriendelijke thuis voor jouw grootste schatten zodat zij gelukkig én tiptop gezond worden! Proficiat! Om jou daarin te steunen, schrijf ik hieronder een heleboel tips en adviezen zodat jij niet dezelfde fouten maakt die ik in het begin maakte maar wel kan profiteren van mijn ervaring en kennis. Wat een PP precies inhoudt, kan je nalezen op deze pagina. Dit artikel gaat eerder over een ander belangrijk dingetje… het budget.

De wetten van het paardenhouden

Bij de aanleg of omvorming naar een volwaardige paddock paradise zijn er een aantal vaste wetten, ik noem ze paardenwetten, die ieder van ons denkt te kunnen omzeilen maar na enige tijd toch mee te maken krijgt:

1) Goedkoop is duurkoop! Door het weer, stof, modder, paarden… slijten alle materialen heel snel. Investeer dus in sterkere materialen. De meerprijs zorgt ervoor dat het materiaal echt wel jaren langer meegaat en jou minder werk bezorgt.

2) Jouw eigen comfort gaat ten koste van de noden van de paarden. Dus investeer in machinerie zodat jouw lichaam de arbeid van onderhoud, voederen, uitmesten, … volhoudt én dat je niet in de verleiding komt om aan het fundament van de PP te prutsen, waardoor je het doel ervan voorbij schiet (zo zijn uiteindelijk stallen ontstaan).

3) Voorkom dat je je hobby verliest. Paarden zelf onderhouden is een levensstijl, geen vrijblijvende hobby die je doet als je zin hebt. Af en toe ga je behoefte hebben aan een dag of een weekend vrij, misschien wil je zelfs op vakantie? Zoek gelijkgestemden waarop je kan vertrouwen, waarop je kan bouwen die de zorg kunnen overnemen zodat je zelf even op adem kan komen of naar dat familiefeest kan gaan zonder zorgen.

Voila, laat dit maar even bezinken. Nu op naar het volgende onderdeel: de kosten.

De kosten

Grondprijs

Een eigen stuk grond is voor de meeste Vlamingen dé droom. Liefst om op te bouwen en dan nog eentje voor de paarden. De grondprijs varieert per regio, per grondsoort, bereikbaarheid en per hoogteligging. De realiteit is ook dat verkopers ook zeer goed weten dat particulieren met paarden meer geld per m2 op tafel leggen dan een landbouwer. Is een grond flink goedkoper dan het regionale gemiddelde, onderzoek dan wat er mis mee is. Je kan veel informatie over je gewenste perceel vinden op www.geopunt.be zoals luchtfoto’s in verschillende seizoenen (staat het misschien onder water in de winter?), intekening in het kadaster (is het wel landbouwgrond of bosgrond waar geen dieren mogen staan?), de perceelsgrenzen (is het toch kleiner dan de landschapselementen je doen geloven?), … Let ook op voor gronden die in de jaren ‘90 als dumpgronden werden gebruikt (afval op 50 cm diepte).

Al bij al mag je ervan uitgaan dat je al gemakkelijk 10 euro tot 15 euro per m2 neerlegt + alle kosten die bij een verkoop bijkomen (notariserelonen, beschrijvingskosten 10%, eventuele kosten voor afsluiten van lening), voor een perceel dat nog volledig in te richten is. Deze prijs loopt exponentieel uiteraard op van zodra er al een schuilstal op staat, watervoorziening en elektriciteit aanwezig is. Ook vergunde pistes, gebouwen, … verhogen de prijs per m2 vanzelfsprekend.

1 hectare grond zonder voorzieningen kost je dus al snel 120.000 euro.

Grond huren

Is dit budget niet binnen je bereik dan zal je een perceel moeten huren. Een goede referentie is de pachtprijs (zie hier voor de pachtprijzen in je buurt). Deze is vastgesteld en wordt vermenigvuldigd met een factor die de kwaliteit van de grond en de aanwezige infrastructuur (waterput, schuilstal, omheining) verrekend. De goed doorlatende zandgronden van de Kempen zijn uiteraard de duurste.

De realiteit is dat je huurt van een landbouwer die wellicht de grond zelf in pacht heeft. Onderpachten is bij wet verboden maar de interpretatie van “onderverhuren” is wat flou dus … gedraag je als een goede huurder en ga respectvol om met het perceel maar hou er rekening mee dat je best de afspraken op papier zet en dat je een huurtermijn afspreekt.

Huren bij een landbouwer kan interessant zijn als je met de landbouwer afspraken kan maken in verband met mest ophalen, bemesting of andere grondbewerkingen met zware machines. Let wel: ook hier zal je wellicht iets voor moeten betalen, weliswaar minder dan bij externe loonwerkers.

Grondeisen

Je zoekt het liefst naar een grond die goed afwatert of goed draineert. Grondbewerkingen achteraf zijn enorm duur en arbeidsintensief dus maak hiervan nummer 1 op je prioriteitenlijst bij je zoektocht. Soms kan je het oplossen door een extra gracht te laten graven (vanaf 60 euro/uur), soms ben je genoodzaakt om paddockroosters te plaatsen (vanaf 16 euro/m2) of drainage systemen (vanaf 50 euro/m2) aan te leggen.

Ook de plaatsing van bomen en hagen kunnen een meerwaarde zijn als natuurlijke beschutting tegen de sneeuw (NO-georiënteerd) of regen (ZW-georiënteerd) of schaduw (Z-georiënteerd). Beplanting is ook een belangrijke hulp bij het droog houden van de paddock. Aanplanting kan je zo duur maken als je zelf wil maar er zijn ook goedkope en zelfs gratis mogelijkheden (bvb wilgstekken) Meer hierover in deze blog.

Perceelsgrootte

Realistisch gezien bepaalt jouw budget de perceelsgrootte. Maar… een paard moet kilometers maken. Liefst minimaal 15 kilometer per dag (zonder training). Ook de kleine rassen. De bedoeling is dat de PP het natuurlijke habitat simuleert. Dus hoe kleiner de grond, hoe meer inspanning jij zal moeten leveren om de paarden in beweging te houden/brengen en de verveling tegen te gaan. Hoe minder graasvlakte, hoe meer hooi je zal inkopen (hoeveel hooi heeft jouw paard nodig?). Paarden met een metabolisch probleem zijn beter af met hooi, voor de anderen is de hap-stap (grazen) een zegen.

In de wetgeving adviseert men omwille van meerdere redenen (hygiëne, draagkracht weide, grondbelasting, balans kosten/baten) om maximaal 4 warmbloedpaarden per hectare (10.000m2) te plaatsen. Een volwaardige PP verhoogt dit aantal omdat de nadruk ligt op hooi als basisvoer (en niet gras) waardoor weiderotatie binnen het perceel vanzelfsprekend is. Maar het gevolg is wel dat de grondbelasting ook veel hoger wordt en dat betekent modderrrrrrrr! In dit artikel lees je daar meer over. En het gevecht tegen modder is sowieso een dure affaire dus … toch niet zo slecht om met het aantal van 4 grote paarden per hectare te rekenen. Zie ook paardenwet 2 en 3.

Denk er aan dat als je als particulier vanaf 2 hectare landbouwgrond ook binnen de landbouwwetgeving valt en een mestbanknummer moet aanvragen. Dit is evenzo als je meer dan 8 grote paarden huist. Lees hier de laatste stand van wetgeving.

Plan uittekenen

Dit is het leukste natuurlijk! Hoe je dat doet en waar je allemaal rekening mee moet houden kan je op deze pagina allemaal GRATIS nalezen! Je kan het zelf doen of je laten adviseren (vanaf 100 euro/uur) en laten uittekenen (vanaf 2700 euro). Maar zelf over nadenken en opzoeken is zo veel leuker!

Hieronder zie je 4 verschillende groottes van percelen met een PP-plan gemaakt dor de studenten van de jaaropleiding van Progressive Horsemanship. Elke PP wordt getoetst aan de PP-checklist om te zien dat deze echt vanuit het paard is ingepland.

Omheining

Paardenwet 1 is voor de keuze van omheining gemaakt. Kies voor palen van 8 tot 10cm diameter en 2 m lang, gecreosoteerd (vanaf 7 euro/paal) of uit een harde houtsoort zoals kastanje (vanaf 8 euro/paal) of acacia (vanaf 10 euro/paal). Je zet ze best 3m tot max 4m uit elkaar. Je slaat 1/3 van de lengte van de paal in de grond. In de hoeken plaats je 2 steunpalen schuin tegen de hoekpaal. Je kan een gemotoriseerde palenboorder huren (vanaf 35 euro per dag excl benzine) en ik adviseer dan een 2-persoons boor (vanaf 56 euro per dag) te nemen, dan ben je zeker dat de palen mooi recht staan. Met de hand kan je ook boren. Plak dan een plakkertje op de boor zodat je elk gat even diep maakt. Mijn persoonlijke extra tip: maak een lang meetlint (ik gebruik hooitouw) met een lus in het begin en op het einde én waarbij je op elke 3 of 4 meter een plakkertje hangt. De lus doe je om de startpaal en je spant het meetlint naar de eindpaal. Zo kan diegene die palen boort snel zien waar de gaten moeten komen, terwijl de ander de palen aanslaat met een sleg. En je palen staan prachtig in lijn en bochten kan je ook heel mooi plaatsen.

De kwaliteit van lint of draad wordt bepaald door het aantal koperdraden. Dit zijn de beste geleiders maar dus ook duurste. Kies de kwaliteit die past bij het de lengte van jouw omheining. Dit reken je uit door de omtrek te vermenigvuldigen met de aantal draden (2 of 3 boven elkaar). Vergis je niet, dit gaat snel in de kilometers zitten! Een perceel van 1 hectare kan een omtrek van 400 meter hebben, en heeft dus ongeveer 1200m lint of draad nodig. De hoogste draad plaats je voor warmbloeden op 135cm hoogte, de 2de draad op 90cm en de onderste op 50cm. Een handigheidje is dat je een lat maakt met 3 streepjes op deze hoogtes. Deze lat hou je tegen je paal zodat je meteen de isolatoren op de juiste hoogte kan inboren - je draden hangen dan mooi horizontaal en parallel aan elkaar.

De omheining van de weides kan je iets lager plaatsen tenzij je enthousiaste springers of grasmonsters hebt. Ook die kilometers moet je in rekening brengen!

Denk ook aan de kleur van je draad/lint. Voor het menselijke oog is een bruine of groene kleur rustiger. Een PP bevat zeer veel omheining dus de afweging voor een natuurlijke kleur is het zeker waard. Voor de paarden maakt dit niet veel uit. Die leren snel genoeg wat de begrenzingen zijn.

Kies de juiste isolatoren (lint en draad zijn verschillend, vanaf 0,22 euro per stuk) en kies ook voor opspanners. Lint is elastischer en zal sneller gaan doorhangen (invloeden van wind) waardoor opspannen noodzakelijk wordt. Maar ook draad is onderhevig aan doorhangen (bvb sneeuw). Aan de poorten plaats je ander soort isolators (0,55 euro) zodat je poortgreep (vanaf 1 euro) er handig op past. Koop dit in grote aantallen want er sneuvelen altijd. En kies voor RVS (vanaf 1,40 euro, uiteraard duurder maar je zal ze minder snel moeten vervangen). Er bestaat een handig opzetstuk (vanaf 5 euro) voor je elektrische schroevendraaier zodat indraaien een makkie is.

Je kan ook kiezen voor een volledig houten omheining met horizontale leggers, bijvoorbeeld in kastanje (20 euro/meter zonder plaatsing). Sinds de Corona-crisis wordt hout aan dagprijs verkocht en liggen de huidige prijzen een stuk hoger dan voor 2020.

Elektriciteit

Je omheining wil je onder spanning zetten. Je kan kiezen om een aansluiting te nemen op het elektriciteitsnetwerk (wettelijke aansluiting en keuring vanaf 1000 euro exclusief kosten energieleverancier) of te werken met accu, al dan niet op zonnepanelen (schrikdraadapparaat met zonnepaneel en 12V accu 500 euro). Je schrikdraadapparaat moet sterk genoeg zijn om een impuls door de gehele omheining te sturen dus tel al je draadlengtes op en vermenigvuldig die met het aantal draden boven elkaar. Volg ook echt de aanwijzingen van de fabrikant voor de aarding op, deze is essentieel voor een goede tik bij aanraking. In droge periodes is het zinvol om op de plek van de aarding een emmer met water waarin wat wegenzout is opgelost te gieten: dit verhoogt de geleiding van de aarde op die plek.

Water

Water kan je op 4 manieren voorzien: regenwateropvang, grondwater oppompen, uit een gracht trekken, aansluiting op het drinkwaternetwerk (vanaf 3000 euro excl leidingwerk en excl afvoerkosten). Uiteraard beslist de kwaliteit van het aanwezige en de hoeveelheid water welke oplossing je kiest. Gezien de enorme kost om drinkwater-aansluiting te nemen, focus ik liever hier op de 3 andere situaties. Regenwateropvang is veruit het goedkoopste, tenminste als je over een dak beschikt. Hou rekening met gemiddeld 700 liter per m2 regen per jaar. Een volbloed drinkt gemiddeld 30 liter per dag. Uiteraard drinken je paarden meer in de periodes dat er weinig neerslag is dus opslagcapaciteit is noodzakelijk. In 2019 en 2020 hadden we extreem lange droogteperiodes (tot wel 2 maanden lang viel er nauwelijks regen). Gereinigde IBC-vaten uit de voedingsindustrie zijn hier zeer geschikt voor. Deze bestaan in 1000 liter (ongeveer 50 euro tweedehands, nieuw vanaf 120 euro), 600 en 250 liter. Pak ze in met schaduwdoek zodat de algengroei beperkt is. Er bestaan ook zwarte vaten maar die zijn duurder (nieuw 200 euro) en niet courant op de tweedehands markt.

Zowel voor grondwater als voor grachtwater (wees hier heel voorzichtig mee omwille van afvloei van pesticiden, herbiciden, mest van eventuele omliggende landbouwpercelen) gebruik je best een pomp. Een ouderwetse gietijzeren pomp (vanaf 80 euro met slang) kan tot 3m diep oppompen maar is niet vorstbestendig en het grondwater in de zomer zakt dieper weg tegenwoordig. Om op grotere diepte op te pompen (put van 15m kost 500 euro) heb je een ander soort pomp nodig dan uit een gracht. Je kan kiezen voor een pomp op benzine (vanaf 150 euro excl toebehoren) waarmee je bvb een IBC-vat vult of elektriciteit (vanaf 350 euro met hydrofoor). Op die laatste kan je dan een drinkbak aansluiten die gevuld wordt door het hydrofoor zodat de pomp enkel aanslaat als het hydrofoor bijna leeg is. Er bestaan ook lage-druk drinkbakken (vanaf 20 euro) die je op een IBC-vat kan aansluiten of je vult er een 100 liter cement-kuip mee (vanaf 15 euro).

Aanvulling: rekening houdende met de toenemende schaarste van grondwater ben je als paardenhouder genoodzaakt om zo zuinig mogelijk om te springen met water. Je bent ook verplicht om je te houden aan de droogtemaatregelen die de overheid in de zomerperiodes afkondigt: kan je hier nalezen. Als je echt niet anders kan dan sproeien, sproei dan ‘s nachts zodat het water optimaal opgenomen wordt en niet meteen verdampt. Investeer in regenwateropslag, gras dat langere droogtes kan overleven (denk er aan: hoe meer je sproeit, hoe oppervlakkiger gras wortelt en dus sneller uitgedroogd is!), schaduw, begroeide oppervlaktes (minder verdamping)…

Schuilstal

Een schuilstal is voor de Belgische wet een constructie uit hout waarvan 1 zijde open is. Ze mag gebouwd worden maar is onderhevig aan verschillende voorwaarden betreft grootte (max 40m2 in 2020) en hoogte (max 3 meter). Dit is ook afhankelijk van de grootte van het perceel. Hier lees je de laatste stand van wetgeving.

Er van uitgaande dat je 40m2 schuilstal wil bouwen ga je een budget vanaf 3500 euro moeten neerleggen voor al het hout, metalen dakplaten, dakgoten en schroeven die je nodig hebt én de stal zelf in elkaar zetten. Dit is uiteraard zonder verharde ondergrond. Er bestaan ook kant-en-klare bouwpakketten vanaf 6000 euro voor die omvang van stal. Reserveer ook een stuk voor je hooiopslag! Ook hier kies je niet voor de dunste planken of goedkoopste schroeven!!! Tip: vraag naar B-keuze dakplaten, deze zijn wat goedkoper (deukjes of krasjes) en dienen prima voor een schuilstal. Kies ook voor geïsoleerde dakplaten, dat scheelt hitte in de zomer maar ook in geluid bij regen.

Positioneer de dichte zijde richting ZW indien mogelijk! En vergeet de dakgoten (kunststof vanaf 12 euro per lopende meter incl toebehoren) niet!

Mestopslag en -ophalen

Mestopslag is ook onderhevig aan wetgeving maar tot 10m3 kan dit zonder vergunning. Maak een overeenkomst met een mestophaler (de prijs varieert, bevraag landbouwers zo dicht mogelijk bij je perceel) die op regelmatige tijdstippen alles komt weghalen. Een volwassen paard produceert 15,5 ton mest/jaar of te wel 22m3 mest/jaar.

Een betonnen mestmuur plaatsen vergemakkelijkt het opscheppen van de mest door de ophaler. Denk aan die betonnen lego-blokken (voor 7 meter ongeveer 1000 euro incl plaatsing). Plaats ze in een hoek op ongeveer 10 meter van de perceelsgrens.

Een andere optie is een mestcontainer laten plaatsen die dan naar believen wordt geledigd door een mestophaalbedrijf of loonwerker. Je kan kiezen tussen 12m3 of 20m3 containers en soms zelfs groter. Je betaalt een ledigingsprijs (men haalt de volle op en zet een lege container in de plaats) en een maandelijkse huurprijs. Meestal wordt de eindprijs als volgt gerekend: aantal keren ledigen + aantal maanden huurprijs dat de container niet is opgehaald. Mijn raad is: vergelijk verschillende bedrijven want de prijs varieert ongeveer van 1000 euro (bij 5 keer lediging) tot gemakkelijk 2000 euro per jaar.

Mest laten ophalen door een landbouwer of composteerder kan je toch al makkelijk rekenen op minimaal 200 euro. Meestal is dat onafhankelijk hoeveel je laat ophalen en betaal je het transport en tijdsduur dat de chauffeur ermee bezig is. Laten ophalen door champignonkwekers is meestal geen optie want zij wensen graag stro dor de mest (en dat heb je nauwelijks tot niet bij een PP).

Mest composteren is ook mogelijk maar ook onderhevig aan reglementering. Bovendien heb je ook zware machines nodig om op een kwaliteitsvolle manier te composteren. Je wilt namelijk dat alle onkruidzaden én wormeitjes gedood worden tijdens het composteringsproces. Dit betekent dat elk deeltje tenminste 5 dagen aan 60 graden moet ondergaan. Meer info over composteren op www.vlaco.be.

Hooi

Het spreekt voor zich dat de prijs voor onderhevig is aan de kwaliteit en kwantiteit. Grote pakken zijn in verhouding goedkoper dan kleine pakken. Kleine pakken zijn daarentegen gemakkelijker te hanteren (geen dure machines nodig) en op kwaliteit te controleren. Welke je ook kiest, kies voor grofstengelig en langstengelig hooi, droog, dat naar de zomer ruikt en niet koud aanvoelt (=vocht). Voorzie een opslag van minstens 4 weken voorraad voor je hele kudde (reken hier uit hoeveel dat is). Leg op de grond kunststof pallets (vanaf 3 euro/stuk) en stapel daarop je hooi. Zorg ervoor dat er hier en daar lucht door kan circuleren dus stapel niet te vast. Zet er een dak over of een zeil van zware waterdichte kwaliteit (vrachtwagenzeil 8 euro per m2) en span dit vast met spanbanden. Dit laatste is uiteraard goedkoper dan een overkapping (20 euro per m2) maar een heel pak minder gebruiksvriendelijk.

Geef het hooi in slowfeedernetten (vanaf 60 euro) met maaswijdte 3x3 cm. Eventueel in palletboxen (vanaf 50 euro tweedehands) of in houten palletbakken op een kunststof pallet (zelfbouw vanaf 20 euro). Denk aan aanhanger-netten, die zijn wat goedkoper (en uiteraard dunner) dan op maat gemaakte slowfeedernetten.

Gras en weidebeheer (meststof)

Hap-stap is nog altijd de meest natuurlijke manier van voeden voor een paard. Dus onderhoudt je weides met veel zorg. Bemest met zorg (op basis van bodemonderzoek) en richt je op het specifieke beheer voor paarden (is wezenlijk iets anders dan voor koeien). Traag groeiend, sterke grasmat die niet te rijk bemest is dus. Laat het afeten tot het gras ongeveer 3 cm is en sluit dan de weide. Zo blijven de groeikernen van het gras bespaart en is het herstel snel. Mest de weide uit ihkv een goed doordacht ontwormbeheer.

Bemesting kan je (kosteloos) afspreken met een plaatselijke landbouwer (meestal runderdrijfmest) of kiezen voor een beter afgestemde bemesting met kunstmest (vanaf 0,50 euro tot 1,50 per kilo). Let op de delving van deze grondstoffen is zeer milieubelastend. Bemest pas als de temperaturen boven de 11 graden blijven (dan pas groeit het gras) en er matige regen voorspelt wordt (goede inspoeling maar geen uitspoeling). Respecteer de gebruikshoeveelheden om uitspoeling in oppervlakte wateren te vermijden!

Machines

Heb je een perceel van 1 hectare, dan schaf je best een tractor of iets dergelijks aan om het gevolg van paardenwet 3 te voorkomen. Een mini-tractor met minimaal 18pK met weidesleep (350 euro), meststrooier (450 euro) en een bak (300 euro) is ontontbeerlijk voor uitmesten, hooi rondbrengen en weidebeheer. Reken 2dehands al snel op een budget van 4000 euro. Eentje met frontlader is zelfs nog duurder.

Om je track te onderhouden kan je ook nadenken over een cultivator (750 euro) achter de mini-tractor. Dit zijn messen van 40cm waarmee je de aangestampte grond kunt losmaken (en regenwater dus terug toegang geeft om weg te vloeien). Het hangt echter van het vermogen van je mini-tractor af hoeveel messen de cultivator mag bevatten - dit is een zeer zware grondbewerking voor de tractor.

Een zitmaaier (zonder maaivlak) met trekhaak en aanhangertje kan ook een uitkomst zijn voor kleinere percelen. Deze kan je tweedehands al vinden vanaf 500 euro mits wat knutselwerk. Kies voor een sterke motor van minimaal 12 pK. Nieuw kosten de betere echter 2500 euro.

Voor kleine percelen ben je al gesteld met een 2-wielige kruiwagen (250 euro), een duwstrooier (100 euro) voor je kunstmest maar moeten je benen wel al het duw en trekwerk doen - let op voor paardenwet 2 en 3!. Een elektrische kruiwagen (1200 euro tot 1800 euro) kan je al wel heel wat gevloek en spierpijn besparen in de winter.

Tot slot

De goede lezer zal begrijpen dat bovenstaande kosten niet persé specifiek zijn voor een PP maar vooral aan het paardenhouden verbonden zijn. Dat klopt. Wat een PP echter kenmerkt is de visie die achter het paardenhouden schuilt: huisvesting die ingericht is om aan de noden van het paard tegemoet te komen. Het draait hierbij om stimulans van beweging, leven in kudde en onbeperkt toegang tot ruwvoer. Daar zit het verschil.
Uiteraard heeft elke plek en elke eigenaar zijn/haar eigen achtergrond waardoor 1 van de bovenstaande noden goedkoper of op een andere manier ook lukt. Ik hoop dat mijn artikel je toch op een of andere manier kon helpen!

Succes!

PS: Wil je als eigenaar je paard in een PP-pension plaatsen? Bedenk dan even dat de kosten om een PP in te richten en te onderhouden niet moeten onderdoen aan een manege met stallen. Verlang je een tip top onderhouden pension met alle paardvriendelijke extra’s? Dan zal dit ook reflecteren in de pensionsprijs.

Over de auteur

Barbara Hoekstra richtte 2 paddock paradises volledig in en begeleidde verschillende mensen erbij. Ze heeft zo’n 5 jaar ervaring met de budgettering van deze projecten en komt door haar werk met veel andere paardenhouders in contact.